Waarom steken we zo (gekmakend) veel vrijwillige tijd in onze woonprojecten? Opende Michiel Voskamp ons gesprek…. Als ik pioniers spreek, zie ik het antwoord in sprankelende ogen.
De kracht van verbeelding. Van dromen naar durven zeggen: “We stoppen met een systeem waarin wonen om winst draait. Laten eigendom los”
En dat raakt me — elke keer weer.
De wooncrisis gaat niet alleen over wonen. Het gaat over het verlies aan mogelijkheden plek te hebben in de samenleving. Ben ik hier welkom? Zo ben ik zelf als kind meerdere keren op nare wijze verhuisd en voelde ik diezelfde schaamte de afgelopen jaren ook over mijn eigen woonsituatie.
Cody Hochstenbach mij daarin wist te raken met zijn pakkende boek ‘In schaamte kun je niet wonen’.
De wooncrisis heeft de neiging het individu de schuld aan te praten en zo het politieke handelen te ontzien.
Natuurlijk is vermoeidheid soms aanwezig. Dan hebben we elkaar nodig. Ruimte maken voor een liefdevol woonprotest (met daarna hopelijk beleidsaanpassingen).
Omdat het goed voelt. Omdat het zin heeft. Omdat het anders móét.
Waarom?
Op 30 oktober is iedereen welkom om dit samen te beantwoorden op (heel passend) regeneratief landgoed en collectief woonproject Kleverbergh in Erlecom vlakbij Nijmegen.
De woningmarkt is geen natuurkracht, maar een uitwerking van hoe we omgaan met eigendom. De keuzes die we maken over ruimte, grond en bezit gaan uiteindelijk over wie we willen zijn als samenleving.
Laten we samen bouwen aan wat écht van waarde is.
Zie ik je daar?
Groetjes,
Yentl
Quotes uit Cody’s boek..
‘Wie de eigen woning als investeringsobject ziet, is minder bezig met collectieve voorspoed en meer met het eigen verdienpotentieel.’
‘Wie dank zij royale financiële steun van ouders en aantrekkelijke hypotheekvoorwaarden een woning kan kopen die vervolgens in waarde stijgt, kan onmogelijk vasthouden aan het geloof dat dit vermogen, dan onroerend goed, een eigen verdienste is. Van kansengelijkheid is geen sprake.’